© 2000 Judith Lissenberg
Op zoek naar een sportief spelletje? Denk eens aan frisbee! Er zijn verschillende goede redenen om aan deze vorm van hondensport te beginnen. Frisbee® spelen, dat uit veel rennen en springen bestaat, is bijvoorbeeld goed voor de conditie. Frisbee® spelen doe je samen, als een team, en dat is goed voor de relatie tussen baas en hond. En bovenal: de meeste honden vinden het vangen van zo'n schijfje gewoon geweldig leuk!
De frisbee®-sport komt uit de Verenigde Staten, waar diverse organisaties en dog disc clubs complete competities opzetten rond het vliegende schijfje. De wedstrijden staan er open voor alle honden. Amerikaan Peter Bloeme, wereldkampioen frisbee®, frisbee®-trainer, frisbee®-keurmeester en bovendien verzamelaar van meer dan 3000 discs schreef een boek over frisbee® waarin veel wetenswaardigheden zijn terug te vinden. Bloeme startte zijn carrière als disc-speler zonder hond, maar besloot in 1982 om frisbee® met honden te gaan spelen. Hij boekte veel successen met zijn Border Collie Wirlin Wizard en zijn Australian Shepherd Marvelous Magic.
Taartborden
In zijn boek 'Frisbee Dogs: How to Raise, Train and Compete' beschrijft Bloeme onder meer de geschiedenis achter de frisbee®. In 1871 nam ene William Russell Frisbie een bakkerij over. De borden waarop de taarten van Frisbie werden geserveerd, bleken heel geschikt te zijn voor gooispelletjes. In 1947 maakte Walter Fred Morrison de eerste 'flying disc' van een soort plastic. Dat was de voorloper van de huidige frisbee®. Het product van Morrison kreeg belangstelling van de Wham-O company, die de rechten van het schijfje overnam. In 1955 hoorde Rich Knerr van Wham-O van het verhaal van de Frisbie-taartborden. Hij maakte daar frisbee® van. Frisbee® is sinds 1959 een beschermde merknaam en tegenwoordig een geregistreerd handelsmerk van Mattel, Inc. De naam wordt zeer streng beschermd, vandaar dat iedereen altijd en overal het ®-teken netjes achter de naam frisbee® zet.
Frisbee® werd in eerste instantie door mensen onderling gespeeld. Het overgooien van het schijfje was met name populair bij studenten. Alex Stein, eigenaar van de drievoudig wereldkampioen Ashley, een Whippet, zorgde er in de jaren zeventig voor dat frisbee® ook bekend werd als hondensport. De belangstelling was in het begin zeer gering. Stein bracht daar rigoureus verandering in door Ashley in 1974 een honkbalstadion binnen te smokkelen. Hij glipte in de rust van een op tv uitgezonden honkbalwedstrijd het veld op en gaf samen met zijn Whippet een show weg. Stein werd daarop gearresteerd, maar het publiek vond zijn optreden geweldig. Frisbee® met honden werd heel populair als act tijdens sportevenementen en Stein mocht zelfs een demonstratie verzorgen op het Witte Huis. De eerste frisbee®-wedstrijd met honden in 1974 trok ruim honderd deelnemers. Anno 2000 sponsoren grote voermerken complete competities. De Verenigde Staten tellen waarschijnlijk meer dan 300.000 honden die frisbee® spelen, in 1993 deden 10.000 honden mee aan wedstrijden. Er zijn daar diverse titels te behalen, zoals Basic Disc Dog en Master Disc Dog.
Ondersteboven
Rassen met een lange snuit en lange benen kunnen beter vangen en springen dan kortsnuiten met korte benen en zijn volgens Bloeme dan ook het meest geschikt voor frisbee®. Disc-rassen bij uitstek zijn de Australian Shepherd, de Border Collie en ook de Labrador Retriever. Honden maken de meest spectaculaire sprongen om een frisbee® te vangen en hangen soms zelfs ondersteboven in de lucht. Als je dat ziet zou je zeggen dat er regelmatig honden hun rug moeten breken, maar volgens de beoefenaars is de dog disc sport veilig zolang je je gezonde verstand maar gebruikt. Bloeme rept in zijn boek slechts van twee gevaren: door het bijten op de schijf kunnen scherpe randjes ontstaan, die de bek van de hond (tong, lippen, tandvlees) kunnen beschadigen en sommige honden bijten bij het vangen van de frisbee® wel eens op hun tong.
Frisbee® is in eerste instantie niet een kwestie van goed leren vangen, maar goed leren gooien. De handler van de hond moet leren hoe hij moet staan, hoe hij de disc moet vasthouden en hoe hij de schijf op allerlei manieren kan laten bewegen zoals spinnen, gooien of rollen. Voor pups zijn er kleine schijfjes, mini-frisbees®. Pups kunnen volgens Bloeme vanaf de leeftijd van acht tot twaalf weken al met de basisbeginselen van de discs kennismaken. Je kunt de pup bijvoorbeeld aan de frisbee® wennen door de schijf als voerbak te gebruiken. Je kunt er kleine sjorspelletjes mee doen, je kunt de schijf over de grond laten rollen, zodat de pup hem kan volgen en je kunt de frisbee af en toe (zeker niet te veel) boven zijn kop houden zodat hij er naar leert springen. Je kunt, kortom, je hond vast disc-gek maken.
Katapult
Als de hond een jaar oud is, kun je volgens Bloeme echt aan de slag met gevorderde technieken. Je kunt de hond bijvoorbeeld leren om over je been heen te springen of om een 'flip' of een 'spin' te maken om de frisbee® te kunnen pakken. Je kunt met meer schijven tegelijk werken, een soort jongleerspel. Je kunt de hond ook leren om vanaf je rug naar de schijf te springen, zodat hij nog meer hoogte krijgt: de zogeheten 'katapult'. Tijdens wedstrijden krijg je, al naar gelang het onderdeel, zestig of negentig seconden de tijd om je kunsten te laten zien. Mooie vangsten, bijvoorbeeld met één of meer poten van de grond, leveren extra punten op. Daarbij geldt altijd: niet overdrijven, en baas en hond moeten uiteraard in een goede conditie zijn. De frisbee®-sport kent diverse onderdelen als 'mini-distance' (hond moet over een afstand van veertig meter zoveel mogelijk frisbees vangen en terugbrengen), 'free-flight' (show rond het frisbee®-vangen) en 'far-away' (disc zo ver mogelijk weggooien).
Frisbee® staat garant voor veel lol en dito show. De echte disc-beoefenaars geven hun hond een bijpassende snelle naam zoals Jumpin' Jess, Bouncin' Boo of Soarin' Sam. Wie kennis wil maken met deze sport kan sinds kort ook in Nederland terecht. Mijn hond, die qua ras (Australian Shepherd) en naam (Flyin' Dutchman) geknipt lijkt voor frisbee®, heeft inmiddels aan een training bij Frans en Renate van de First Dog Frisbee Maniacs meegedaan. Het resultaat: we zijn totally hooked.
Let's play frisbee®!
Frisbee Dogs: How to Raise, Train and Compete
Auteur: Peter Bloeme
ISBN: 0-9629346-2-3
© 1991, herdruk © 1994
Prijs: $ 14,95
Trainingstips
Het is niet verstandig om op eigen houtje capriolen met de frisbee® te gaan uithalen. De handler moet eerst goed leren gooien. De hond moet gezond zijn en eerst de grond- en vangtechnieken leren voordat hij kan gaan springen. Het is bij de disc-sport net als bij bijvoorbeeld behendigheid: als je onvoorbereid gaat beginnen leidt dat onherroepelijk tot blessures en ongelukken.
Train op een vlakke ondergrond (het liefst gras, zand kan eventueel ook) zonder obstakels als bomen, kuilen of prikkeldraad. Houd er rekening mee dat de hond niets meer hoort of ziet als hij op volle snelheid achter de disc aanrent! Pas op dat het terrein niet nat (glad) is.
Train met de juiste frisbees®. De discs die je overal kunt kopen zijn meestal veel te hard en scheuren of breken snel kapot, waardoor de hond ernstige verwondingen aan zijn bek kan oplopen. Een goede disc mag tijdens het buigen niet breken. Investeer in speciaal voor de sport ontwikkelde discs, of train eventueel met een slappe nylon frisbee®.
Controleer de disc regelmatig op beschadigingen. Gebruik nooit kapotte frisbees®! Discs met scheurtjes of extreem veel tandafdrukken er in kunnen in de vuilnisbak. Werk door tandafdrukken veroorzaakte scherpe randjes en putjes bij met schuurpapier. Zand en vuil werken als schuurpapier op de tanden van de hond. Houd de disc daarom schoon en droog (neem tijdens het trainen een theedoek mee).
De warming-up bij frisbee® is heel belangrijk. Laat de hond niet gelijk voluit springen, maar laat hem eerst een aantal malen achter een over de grond rollende disc aanrennen (de zogeheten 'rollers'). Laat de hond na het trainen rustig uitlopen als cooling-down. Train niet met warm weer.
Frisbee® spelen is een prima 'work-out' voor de hond. Oververmoei hem niet. Zeker in het begin is het werken met discs heel vermoeiend voor de hond. Je zult merken dat hij na tien minuten tot een kwartier al helemaal 'op' kan zijn.